JSF-debacle dichterbij

 

 Twee weken geleden gaf een meerderheid in de Tweede Kamer het groene licht voor de verdere deelname aan het JSF-project. Daarmee heeft Nederland zich onherroepelijk tot het eind daaraan gebonden. Want hierna gaan de kosten van uitstappen de kosten van mee blijven doen overtreffen.

 Toen in 2002 het kabinet-Balkenende I de Kamer achter deelname kreeg, gebeurde dat op grond van hoge verwachtingen. Tegenover de contributie aan de Verenigde Staten van 800 miljoen dollar belastinggeld (zo'n 625 miljoen euro), waarmee Nederland lid werd van de club die het nieuwe Amerikaanse gevechtsvliegtuig ging ontwerpen en bouwen, zouden enorme opdrachten en winsten staan. Daarmee zouden deze 800 miljoen dollar makkelijk worden terugverdiend.

 Aan dit optimisme kleefde iets vreemds. Als de business case inderdaad zo voordelig uit zou vallen, waarom waren banken dan niet bereid die 800 miljoen aan de Nederlandse lucht-vaart-industrie te lenen? Daar zijn die toch voor? Ik heb het toentertijd een veeg teken genoemd dat het niet mogelijk was om dit indus-triele project met normaal risicodragend kapitaal te financieren. Nu draagt de staat, dat wil zeggen de belastingbetaler, het risico. Dat doet denken aan het echec van de Betuwelijn, aangelegd in het belang van een handvol Rotterdamse bedrijven. Deze zou oorspronkelijk ook ten dele met privaat kapitaal worden aangelegd. Maar de banken berekenden dat de investering zich nooit terug zou verdienen en er is geen cent privegeld in de bouw gestoken.

 In het kabinet was VVD-minister Gerrit Zalm van Financien aanvankelijk tegen deelname aan het JSF-project, zowel op grond van berekeningen van zijn eigen departement als die van het Centraal Planbureau. De grootscheepse subsidiering zou ook een breuk betekenen in de weg die werd ingeslagen na de mislukte 'industriepolitiek' ten aanzien van de scheepsbouw en Fokker. Er was hier geen enkele reden om de markt niet zijn zegenrijke werk te laten doen.

 Maar dezelfde bewindsman aan wie Nederland het doorgaan met de aanleg van de Betuwelijn tegen beter weten in dankt, en niet te vergeten de mislukte liberalisering van de taximarkt, Annemarie Jorritsma (VVD), voerde de voorstanders van het JSF-project binnen het kabinet aan. Toen de FNV premier Wim Kok (PvdA) met een volkomen uit de lucht geplukt werkgelegenheidsverhaal bestookte, verloor Zalm het pleit.

 Wij zijn vier jaar verder en de eerste fase van de ontwikkeling, die van SDD (System Development and Demonstration), is afgesloten. Volgens de oorspronkelijke opzet had het Nederlandse bedrijfsleven in deze fase eerst 1.500, later bijgesteld tot 800 miljoen euro aan orders binnen moeten halen. Volgens het ministerie van Defensie is er 700 miljoen aan orders geboekt. Ondanks het feit dat dit nu al 100 miljoen minder is dan beoogd, meent het ministerie dat de eerder gestelde omzetverwachting wel gehaald zal worden. Maar in een tussenrapport van de Algemene Rekenkamer wordt deze voorstelling van zaken als veel te rooskleurig afgedaan.

 In de SDD-fase is niet 700 miljoen euro, maar slechts 310 miljoen binnengehaald aan orders. In de 700 miljoen zijn ook de orders uit de volgende fase opgenomen, de LRIP (Low Rate Initial Production). Daarbij moet worden aangetekend dat het in de SDD-fase voor een deel ging om eenmalige opdrachten, zoals windtunneltesten. Het is mede daarom niet te verwachten dat er voor de SDD-fase nog veel meer opdrachten binnenkomen.

 Het rapport van de Rekenkamer maakte voorts melding van grote risico's in de kostenbeheersing van het JSF-project en grote onduidelijkheden over de ontwikkeling en productie van het toestel. Onduidelijkheden die de Amerikaanse Rekenkamer vorig jaar tot de slotsom bracht dat het hele JSF-programma opnieuw zou moeten worden bezien. Het Congres zou de verdere financiering moeten opschorten tot er meer bekend was en er testvluchten waren uitgevoerd. (De eerste testvlucht heeft nog steeds niet plaatsgehad en is herhaaldelijk uitgesteld.)

 Formeel staat de deelname aan het JSF-project geheel los van de aanschaf van het toestel voor de Koninklijke Luchtmacht. Feitelijk worden deze processen echter in elkaar geschoven, met het argument dat deelname korting bij aanschaf oplevert. Ook hiermee maakte de Rekenkamer korte metten. De Tweede Kamer heeft zijn kop in het zand heeft gestoken voor de risico's van verdere deelname. Nog dommer zou het zijn om tot aanschaf te besluiten voor de kostprijs van het toestel vaststaat - en dat kan nog lang duren.

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Elsevier
Datum verschijning
25-11-2006

« Terug naar het overzicht