Eeuwige oorlog


Elsevier 19-03-05

Artikel 97 van de Grondwet noemt als doel van de krijgsmacht ‘de verdediging en bescherming van de belangen van het Koninkrijk, alsmede de handhaving van de internationale rechtsorde’. Als het gaat om de inzet van militaire eenheden ten behoeve van de internationale rechtsorde dient de regering volgens artikel 100 van de Grondwet bij het besluit daartoe de Tweede Kamer te informeren. 

Het kabinet stuurt het grootste deel van de speciale eenheden (commando’s, mariniers) van de Nederlandse krijgsmacht, ondersteund door helikopters, naar Afghanistan. Daar zullen zij onder Amerikaans commando mee gaan doen aan de tot nu toe vruchteloze jacht van Amerikaanse en Britse speciale eenheden op Osama bin Laden en zijn guerrilla’s. Het kabinet meent dat dit geen onderneming ex artikel 100 is en dat daarom van een informatieplicht aan de Tweede Kamer geen sprake is. Niettemin heeft het de Kamer wel ingelicht en vorige week vond daar Kamer een debat plaats, dat vooral over de rechtsgrond van het besluit ging.

De rechtsgrond die de regering aanvoert is uiterst merkwaardig. Zij stelt het voor dat de uitzending een vorm van zelfverdediging is, en beroept zich op resolutie 1368 van de Veiligheidsraad. Deze werd op 12 september 2001 aangenomen en roept in algemene termen op terrorisme te bestrijden. Zij bevat echter geen mandaat aan lidstaten om buiten de eigen landsgrenzen tot militair geweld over te gaan. Verwezen is ook naar het besluit van de NAVO-raad in september 2001 om artikel 5 van het NAVO-verdrag van toepassing te verklaren. Artikel vijf bepaalt dat een aanval op één van de lidstaten beschouwd wordt als een aanval op alle.

Dat besluit is echter een dode letter gebleven. De daaropvolgende oorlog tegen het Taliban-regime in Afghanistan is geheel buiten de NAVO om gevoerd. Dat geldt ook voor de operaties waar de Nederlandse troepen nu aan gaan deelnemen. Die zijn een zuiver Amerikaanse aangelegenheid en hebben helemaal niets met de NAVO te maken. 

De stelling van de Nederlandse regering dat deze uitzending niets met de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde van doen heeft, is even juist als cynisch. Die stelling heeft ze echter nodig om te kunnen beweren dat het hier dus om zelfverdediging gaat, de enige andere grondwettelijke mogelijkheid om de krijgsmacht in te zetten.
In werkelijkheid gaat het om heel iets anders. Al drie-en-een half jaar vechten Amerikaanse en Britse speciale eenheden in Afghanistan (en noordwest Pakistan), en al twee jaar in Irak. Hun verliezen worden geheim gehouden. Aangezien het hier volledig om gevechtseenheden gaat, liggen ze vermoedelijk hoger dan bij gewone troepen, die voor het overgrote deel uit ondersteunende militairen bestaan. Van het Amerikaanse garnizoen in Irak is inmiddels één procent omgekomen en het aantal gewonden gaat in de richting van acht procent. Gewone troepen kunnen aangevuld worden; de Amerikaanse roepen in Irak bestaan al voor meer dan 40% uit reservisten. Maar voor speciale eenheden ligt dat anders. De selectie is streng en de training langdurig. Verliezen kunnen met andere woorden niet gemakkelijk worden goedgemaakt. Bovendien gaat het om betrekkelijk kleine aantallen. 

Kortom, ik vermoed dat de Nederlandse commando’s nodig zijn om de Amerikaanse verliezen aan te vullen en misschien daarnaast ook wel om speciale eenheden te vervangen die al in Iran actief zijn. Zekerheid zal ook de regering niet hebben: in feite heeft ze Nederlandse troepen ter beschikking gesteld van een Amerikaanse politiek waarop ze geen enkele invloed heeft en die ze niet eens kent. Men zou bijna van huursoldaten spreken, ware het niet dat ze gratis ter beschikking van Washington worden gesteld, dat wil zeggen op kosten van de Nederlandse belastingbetaler.

Terug naar de rechtsgrond van deze uitzending: zelfverdediging. Dat begrip had tot niet zo lang geleden een heldere betekenis. Het was van toepassing als een staat werd aangevallen door een andere staat, als er sprake was van oorlog. Door echter de strijd tegen terrorisme tot ‘oorlog’ te benoemen, krijgt niet alleen het begrip oorlog een heel andere inhoud, maar wordt ook ‘zelfverdediging’ zo ver opgerekt dat er nagenoeg alles onder kan vallen. Dat zien wij in dit geval al aanschouwelijk gedemonstreerd. De consequentie van deze betekenisvervuiling is dat er geen eind meer aan oorlog komt. Hij wordt eeuwig. 

Bart Tromp





Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Elsevier
Datum verschijning
19-03-2005

« Terug naar het overzicht