MISREKENING

Niet alleen volgens Hagenaars is het Lange Voorhout de mooiste straat van Europa. Dit is echter verleden tijd sinds de ambassade van de Verenigde Staten, op de hoek van de straat, zo beschermd wordt dat het geen gezicht is. Allerlei hekken en versperringen beletten toegang en doorgang. Bovenschalige legostenen vormen barricades tussen de Stadsschouwburg en het ministerie van Financien, de overburen van de ambassade. Het gebouw zelf, een schepping uit de late jaren vijftig in Bauhaus-stijl, geldt onder architectuurkenners als een belangrijk monument van modernisme. Maar nu lijken de muursleuven op schietgaten, en met een permanent stalen rolluik voor de niet meer gebruikte hoofdingang heeft het een bunkerachtig aanzien gekregen.

Burgemeester Wim Deetman heeft in stille diplomatie de Verenigde Staten zover weten te krijgen dat ze vanwege deze overlast bereid zijn hun ambassade te verplaatsen. Maar de enige lokatie die de Amerikanen geschikt vinden, is een deel van Clingendael, een uitzonderlijk mooi landgoed, direct grenzend aan Den Haag. Ik weet er alles van, want ik ben verbonden aan het aldaar gesitueerde Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen. De nieuwe veiligheidseisen van de Verenigde Staten vereisen 30 meter vrij schootsveld aan alle kanten van het nieuwe gebouw en twee afzonderlijke toegangswegen, om maar iets te noemen.

Deetman heeft de Amerikanen toegezegd zijn best te zullen doen om aan hun verlangens tegemoet te komen. Maar de democratie is in Nederland nog niet zo vernieuwd dat een burgemeester op zijn eentje in het geniep zulke onderhandelingen kan voeren en afronden. Uiteindelijk beslist de gemeenteraad. Niet alleen de Haagse. Clingendael ligt op het territorium van Wassenaar, zo ongeveer de rijkste en meest rechtse gemeente van ons land. De VVD beschikt er in de raad over een absolute meerderheid. En die meerderheid is er mordicus tegen het landgoed te laten verminken door de bouw van een ambassade. Ook in de Haagse gemeenteraad zijn vrijwel alle partijen tegen het voorstel van Deetman. Alleen de PvdA is nog welwillend ten opzicht van de Amerikaanse eisen, waarschijnlijk omdat ze in de wijk die aan Clingendael grenst, het Benoordenhout, niet veel kiezers heeft te verliezen. De emoties lopen hoog op in ingezonden stukken en op drukbezochte wijkbijeenkomsten. De sfeer is er een waarin wordt gesteld dat de Amerikanen eerst maar eens het Internationaal Strafhof in Den Haag moeten erkennen en dat ze dan nog niet botweg kunnen zeggen: hier willen wij dat onze nieuwe ambassade komt.

Het is een situatie zonder precedent. Tenzij men ervan uitgaat dat zelfs bij de keuze van een lokatie voor een nieuw ambassadegebouw de Verenigde Staten zich baseren op een arrogant unilateralisme, is er sprake van een Amerikaanse misrekening. Als de Amerikaanse ambassade een fort moet zijn, verdedigbaar tegen alle mogelijke aanvallen, dan kan men niet ook eisen dat deze midden in een stad komt te staan - want daar komt de Clingendael-lokatie op neer. Het ligt dan meer voor de hand het gebouwencomplex op het vrijkomende marinevliegkamp Valkenburg neer te zetten, zoals sommigen al hebben gesuggereerd. De Amerikaanse eis dat de lokatie ook representatief moet zijn, begrijp ik niet. Alle representatieve activiteiten van de ambassade vinden plaats in de residentie van de ambassadeur, in de Haagse diplomatenwijk.

Krijgen de Amerikanen hun zin? Ik denk het niet. Er zijn vele juridische belemmeringen. Bestemmings- en streekplannen moeten worden gewijzigd, er moet ontheffing komen van de Monumentenwet. Deze belemmeringen door een machtsgreep buiten werking stellen, heeft vermoedelijk een averechts effect.

Een ambassade op het landgoed Clingendael is een onherroepelijk bederf van een uniek natuurgebied, en ik verbaas me over de ongevoeligheid waarmee Amerikanen over voorspelbare bezwaren zijn heen gewalst. Maar de hele affaire is vooral triest, omdat deze symptomatisch is voor de verslechterde verhoudingen tussen de Verenigde Staten en de rest van de wereld. Dat een Amerikaanse ambassade in Nederland tegenwoordig kennelijk een fort moet zijn, komt immers niet omdat de Verenigde Staten aan de bevrijding van Europa hebben bijgedragen. Mij schiet een brief te binnen van een Amerikaanse diplomaat die vanwege de eenzijdige politiek van president George W. Bush ontslag nam, en memoreerde dat er een tijd is geweest dat in de vrije wereld straten en pleinen de namen kregen van Amerikaanse presidenten en staatslieden. Dat is inderdaad lang geleden.

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Elsevier
Datum verschijning
04-06-2005

« Terug naar het overzicht